Met God op weg
En Henoch wandelde met God, nadat hij Metuselach verwekt had, driehonderd jaar, en hij verwekte zonen en dochteren.
Genesis 5 : 22
Vijfenzestig jaar oud is Henoch als Metuselach moet worden geboren. Dus… niet bepaald jong meer al zou je dat met het oog op de hoge leeftijd die hij bereikt misschien wel zo kunnen stellen. Dat hij wandelt met God betekent gewoon dat zijn levensstijl in overeenstemming is met diens wil.
Maar…dat maakt Henoch niet tot een onnatuurlijk mens.
Even normaal als alle andere mensen uit zijn omgeving leeft leeft hij zijn leven. Heel aards en alledaags is hij daarmee bezig.
Wel blijft zijn hart daarbij voortdurend op God ingesteld in vraagt hij zich telkens af hoe hij zich het beste naar Zijn wil kan ontplooien. Wandelen… Dat betekent immers dat je er rustig de tijd voorneemt om alles wat je onderweg tegenkomt in je op te nemen. Daarom kan het nooit een jachten zijn dat je nauwelijks de tijd laat om aan jezelf toe te komen. Soms zal het je er zelfs toebrengen even stil te staan op je weg zodat je des te beter kunt genieten van de omgeving waarin je terecht bent gekomen. Als je echter samen met iemand gaat wandelen moet je er wel voortdurend rekening mee houden dat je ook bij die ander in de buurt blijft en dat je het tempo waarmee je op je doel afgaat naar die ander regelt. Henoch wandelt met God…
Soms laat hij God iets zeggen, dan weer maakt hij zelf een opmerking. Het ene moment moet hij zijn pas wat inhouden, het andere de vaart erin zetten. In ieder geval wisselt de situatie van dag tot dag. Nooit weet Henoch van te voren welke verrassingen God voor hem in petto heeft. Maar…. een ding beseft hij heel goed: dat zijn leven niet een voordolen is in het wilde weg. Het is een gericht verder gaan.